woensdag 26 januari 2011

Haagweg 4: ambachtelijke creativiteit

Haagweg 4 is een imposant complex waar gedurende bijna honderd jaar leerlingen uit Leiden en omstreken hebben leren timmeren, smeden, metselen, metaal bewerken, etc. De eerste technische dagopleiding in Leiden begon in 1883 in een deel van het oude Caeciliagasthuis in De Camp, maar verhuisde tien jaar later naar een nieuw onderkomen aan de Haagweg. Architect Govert van Driel, tevens secretaris van opdrachtgever ‘Vereeniging De Practische Ambachtsschool’, ontwierp het pand in neo-renaissancestijl. De directeur kreeg onderdak in de woning links van het schoolgebouw (Haagweg 2).

De groei van de school leidde tot de eerste uitbreiding in 1923 door architect Bernard Buurman. Hij voegde zich daarbij naar de stijl van zijn voorganger. In 1939 ging hij echter een andere weg. Buurmans ontwerp voor de tweede grote uitbreiding is een strak, L-vormig gebouw in een aan de Nieuwe Zakelijkheid verwante stijl. Het is goed te zien vanaf het parkeerterrein rechts. Na de Tweede Wereldoorlog werd het complex nog verrijkt met een conciërgewoning (1957, Rijn- en Schiekade), een tweede gymnastieklokaal (1983, zijde parkeerterrein) en een groot metsellokaal (1957, zijde parkeerterrein). In 1985 fuseerde de school met de gemeentelijke lagere technische school De Nieuwe Vaart, die tot 1992 nog van een aantal lokalen gebruik maakte. Vanaf 1993 huisvestte het pand meer dan veertig ateliers in beheer bij Stichting De Leidse School die er tevens exposities organiseerde.

De leerlingen van de Ambachtsschool hadden altijd een groot aandeel in het onderhoud en de afwerking van de gebouwen. Zo werd het meubilair in het voormalig kantoor van de directeur (links van de ingang) door hen vervaardigd. Ter gelegenheid van verschillende jubilea leverden oud-leerlingen diverse memorabilia, waaronder de gebrandschilderde ramen in het rechtertrappenhuis.

Deze tekst is afkomstig uit het boekje van de Open Monumentendagen Leiden 2007.

Maar waarom nu dit verhaal? Welaan, ProKwadraat-Groepswijzer.nl is verhuisd naar de Haagweg 4, dat het afgelopen jaar grondig opgeknapt is en waar nu zowel kunstenaars als creatieve bedrijven een onderkomen vinden. U kunt ons vinden in de rechtervleugel, waar ook het imposante gebrandschilderde raam te bewonderen is.

maandag 20 december 2010

De Leidse Burcht voor de tweede keer strijdtoneel

Op zaterdag 18 december 2010 werd de Burcht geopend, na 9 maanden sluiting. Nou ja, geopend... er moest een kanon aan te pas komen om de bouwvakkers te bewegen de poort te openen. Het was niet de eerste keer dat er op de Burcht gevochten werd.

Op 4 november 1203 sterft de graaf van Holland, Dirk VII. Hij laat een vrouw en zijn dochter Ada achter. Ada is 15 jaar oud en ongehuwd. Wie haar trouwt wordt de nieuwe graaf, maar blijft ze ongetrouwd dan maakt haar oom, Willem, een goede kans om zijn broer op te volgen. Ada’s moeder steekt hier een stokje voor; ze huwelijkt Ada uit aan Lodewijk van Loon. Zowel Lodewijk als Willem proberen zoveel mogelijk edelen en steden voor zich te winnen. Leiden is Ada en Lodewijk niet welgezind. Dus trekt Ada met een legertje naar de stad, die immers van strategisch belang is. Maar Willem heeft ook niet stilgezeten en zijn leger valt in Leiden de troepen van Ada aan. Waar zoekt zij bescherming? De overlevering wil dat ze op de Burcht belegerd wordt, maar waarschijnlijker is dat ze in het Gravensteen zit. Dit grafelijk hof is immers haar eigen huis en, met zijn dikke muren en schietgaten, heel goed verdedigbaar.

Het mag niet baten; Ada wordt gevangen genomen en door haar oom Willem verbannen naar Texel.

In 1204 neemt Lodewijk wraak. Het leger van Willem wordt de stad uitgejaagd en deze keer wordt er wel degelijk bij de Burcht gevochten. Een aantal manschappen van Willem komt tot een roemloos einde als ze door de gammele houten brug tussen de Burcht en de stad zakken.

En dat was dan de enige gelegenheid, waarvan we zeker weten dat er op de Burcht gevochten werd. In de 15e eeuw verkocht de eigenaar van het gebouw, de burggraaf, het omringende terrein aan Leidenaren die er huizen bouwden en daarmee verloor de vesting definitief haar militaire functie.

In 1651 kocht de stad de Burcht aan en langzaamaan werd de heuvel veranderd in een lusthof. De toegangspoort, een heerenlogement (stadsherberg) en een koetshuis verrezen aan de voet. Binnen de muren van de Burcht werd een doolhof ingericht. En zo eindigde een stoer verdedigingswerk als het stadspark dat het ook nu nog is.

maandag 29 november 2010

De Stedelijke Gazfabriek


Tot de 19e eeuw werden kaarsen en olielampen gebruikt voor verlichting. Om ook buiten wat licht te hebben in de nacht werden burgers vaak verplicht om een lamp aan hun voorgevel te hangen.

Aan het begin van de 19e eeuw werd een procédé ontwikkeld, waarbij gas uit steenkool gewonnen werd. Toen men dit eenmaal ontdekt had ontstond ook de mogelijkheid om gaslicht te gaan gebruiken. Aangezien straatverlichting tot de taak van de overheid behoorde, werd het voor gemeentes interessant om zelf gas te gaan produceren. In Leiden werd in 1845 de eerste Stedelijke Gazfabriek gevestigd, op een voormalig bolwerk aan wat toen de rand van de stad was. Het gas werd via leidingen naar de lantaarnpalen gevoerd, waar het natuurlijk wel iedere avond aangestoken moest worden. Gaandeweg werden ook huizen van rijke mensen voorzien van gaslicht.

Het zou nog een hele tijd duren, voordat dit stadsgas ook gebruikt ging worden voor het koken; pas in de eerste helft van de 20e eeuw stapte men langzaamaan over op gasfornuizen in plaats van het kolenfornuis. Voor verwarming werd stadsgas nooit gebruikt; na de kolenkachel volgde de oliekachel, vaak gevoed vanuit een olietank die voor het huis onder de grond lag. Na de vondst van aardgas bij Slochteren in de jaren ’60 stapte Nederland massaal over van lichtgas op aardgas en moesten in alle huishoudens de fornuizen aangepast worden, terwijl de olietanks uit de tuinen gegraven werden.

Nog steeds is het energiebedrijf gevestigd op het Papegaaisbolwerk. Gas wordt er niet meer geproduceerd.

Deze tekst is afkomstig uit De Singelpromenade, een wandeling langs de rand van de stad, een uitgave van ProKwadraat-Groepswijzer.nl. Dit wandelboekje is verkrijgbaar bij het Visitors Centre van Leiden.

U kunt ook het Dagje Singelpromenade hier boeken.

dinsdag 16 november 2010

Hoe oud is Rembrandt?


In 2006 werd in Leiden en Amsterdam het 400ste geboortejaar van Rembrandt gevierd. Amsterdam is natuurlijk de plek waar Rembrandt zijn beroemdste werk maakte, in Leiden werd hij geboren, opgeleid als schilder en ontdekt door Constantijn Huygens.

Maar, hoe zeker mogen we zijn over het geboortejaar 1606?
Er is maar een beperkt aantal vermeldingen van Rembrandts leeftijd: een inschrijving aan de universiteit, een vermelding in de Geschiedenis van Leiden van Orlers en twee notariële aktes, opgemaakt in Amsterdam.

Welnu, de inschrijving bij de universiteit suggereert het geboortejaar 1606. Inschrijvingen bij de universiteit zijn in de 17e eeuw bijna per definitie fout gedateerd; leerlingen worden bijna altijd ouder voorgesteld dan ze zijn. Immers, hoe eerder ze ingeschreven werden, des te eerder kon de familie ook genieten van de vrijstelling van belasting op bier en wijn, die voor studenten gold.

Jan Jansz. Orlers publiceert in 1614 zijn Beschrijvinge der Stad Leiden. Rembrandt wordt genoemd in een heruitgave van 1641. Rembrandts moeder overleed in 1640. Gezien de detaillering van het verhaal van Orlers bestaat het vermoeden dat hij met haar gesproken heeft. Ook Orlers gebruikt 1606 als geboortejaar. Echter, hoe precies was de datering die Rembrandts moeder gebruikte? Hoe exact wisten (en weten) mensen in welk jaar iets plaatsvond als het niet opgeschreven is?

In de twee notariële aktes uit Rembrandts Amsterdamse tijd noemt hij zijn leeftijd. Terugrekenend kom je dan uit op 1607 als geboortejaar. Tegelijk had hij geen juridische reden om te liegen. Maar wellicht was juist hij, en niet zijn moeder in de war.

Voor ons allen is het niet echt een probleem, maar aan het begin van de 22e eeuw zal er toch een knoop doorgehakt moeten worden.

Meer weten over Rembrandts jeugd in Leiden?
Klik hier .